Mogen asielzoekers werken?

9732

Met de komst van een toegenomen aantal vluchtelingen naar Nederland is ook hun integratie in de Nederlandse samenleving een actueel thema. Naast het beheersen van de Nederlandse taal, speelt arbeidsparticipatie daarbij een rol. Hoe is de toegang tot de arbeidsmarkt voor asielzoekers juridisch geregeld?

Door Elles Besselsen en Soumaya Rahouti*

Over wie gaat het?
Een migrant is een asielzoeker vanaf het moment dat hij of zij heeft aangegeven asiel te willen krijgen. Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen (1) asielzoekers die in procedure zijn, maar nog in afwachting zijn van een beslissing op hun asielverzoek, (2) asielzoekers die een status hebben gekregen (“statushouders”) en (3) uitgeprocedeerde asielzoekers.

Achterstand op de arbeidsmarkt voor statushouders
Voor de groep statushouders bestaat vrije toegang tot de Nederlandse arbeidsmarkt. Voor hen gelden dezelfde rechten en plichten ten aanzien van beloning en arbeidsomstandigheden als voor Nederlanders.

Recent onderzoek van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) laat echter zien dat statushouders een grote achterstand hebben op de arbeidsmarkt. Na vijftien jaar verblijf in Nederland heeft slechts één op de drie een betaalde baan van minimaal 30 uur. Als oorzaken voor de moeizame integratie worden onder andere genoemd de lange asielprocedure, de moeizame aansluiting van de opleidingen in het herkomstland op de Nederlandse arbeidsmarkt en de beheersing van de Nederlandse taal. De onderzoekers adviseren om asielzoekers al in de opvangcentra te laten participeren door ze meer vrijwilligerswerk te laten doen, eerder de Nederlandse taal te laten leren en de voorwaarden om te mogen werken te verruimen.

Wat zijn de huidige voorwaarden voor asielzoekers?
In de Europese Opvangrichtlijn is bepaald dat een asielzoeker na maximaal negen maanden in procedure toegang krijgt tot de arbeidsmarkt, in het geval dat nog geen beslissing is genomen op de eerste asielaanvraag en de vertraging in de procedure niet is te wijten aan de asielzoeker. De termijn begint te lopen op het moment dat een vreemdeling zijn asielwens heeft geuit. De voorwaarden voor de toegang tot de arbeidsmarkt kunnen door de lidstaten verder worden ingevuld. Dat is in Nederland gebeurd in de Wet arbeid vreemdelingen (Wav).

Tijdelijk werken in loondienst
Asielzoekers die zes maanden in procedure hebben gezeten, mogen volgens de Wav werken. De asielzoeker moet dan wel nog in de aanvraagfase van de procedure zitten of beroep hebben ingesteld tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag. Daarnaast moet hij nog recht hebben op opvang bij een COA-instelling. Uitgeprocedeerde asielzoekers mogen dus niet werken.

Voor het laten verrichten van werk door een asielzoeker is een tewerkstellingsvergunning nodig van het UWV worden aangevraagd. Met de tewerkstellingsvergunning mag de asielzoeker maximaal 24 weken werken in een jaar. Voor een dergelijke korte arbeidsduur is gekozen om het opbouwen van WW-rechten te voorkomen. Wanneer een asielzoeker eerder dan na 6 maanden in procedure of langer dan 24 weken wil werken, dient de werkgever voor het verkrijgen van een tewerkstellingsvergunning aan te tonen dat geen sprake is van het verdringen van het nationaal of Europees arbeidsaanbod. Dat is een hoge barrière waardoor het slechts in zeer bijzondere gevallen mogelijk is dat de asielzoeker eerder (dan na 6 maanden) of langer (dan 24 weken per jaar) kan gaan werken. Voor laaggeschoold werk wordt namelijk altijd aanbod beschikbaar geacht (zie over de arbeidsmarkttoets een eerder blog).

Werken als zelfstandige
Het ondernemerschap van asielzoekers is in de Opvangrichtlijn en Nederlandse regelgeving niet specifiek geregeld. Het is in de praktijk lastig om zonder verblijfsrecht een inschrijving bij de Kamer van Koophandel te regelen of een bankrekening te openen. Verder heeft iedereen die een dienst afneemt van een asielzoeker, óók als hij zzp-er is, als gevolg van het ruime werkgeversbegrip in de Wav een tewerkstellingsvergunning nodig. Deze vergunning wordt ook in dit geval pas afgegeven aan de opdrachtgever, nadat de asielaanvraag minstens zes maanden in behandeling is.

Vrijwilligerswerk
De eerste zes maanden heeft een asielzoeker in Nederland dus geen toegang tot betaald werk. Wel is het mogelijk om in deze periode vrijwilligerswerk te doen. Voor vrijwilligerswerk is geen tewerkstellingsvergunning nodig en er zijn geen tijdslimieten aan verbonden. Wel moet de instantie die vrijwilligerswerk aanbiedt een vrijwilligersverklaring van het UWV krijgen. Het UWV toetst in dat geval of er sprake is van vrijwilligerswerk. Het moet conform artikel 1a Besluit uitvoering Wav gaan om arbeid die gebruikelijk onbetaald wordt verricht, geen winstoogmerk heeft en een algemeen maatschappelijk doel dient. Als de werkgever voldoet aan de genoemde voorwaarden, dan krijgt hij een vrijwilligersverklaring van het UWV als bewijs. Als een maatschappelijke organisatie arbeid laat verrichten door asielzoekers die niet in het bezit zijn van de zogeheten vrijwilligersverklaring, kan een bestuurlijke boete van maximaal 4000 euro worden opgelegd.

Minister Asscher wil dat vluchtelingen zo snel mogelijk na aankomst in Nederland vrijwilligerswerk (kunnen) doen. Sinds 1 april 2016 is daarom de termijn voor de behandeling van de aanvraag voor vrijwilligerswerk door het UWV verkort van vijf naar twee weken. Vanaf oktober 2016 is het helemaal niet meer nodig om de behandeling van de aanvraag af te wachten.

* Beide auteurs zijn verbonden aan de Universiteit van Amsterdam en doen samen met Tesseltje de Lange en Conny Rijken (Universiteit van Tilburg) onderzoek naar de arbeidsmarktintegratie van vluchtelingen. Dit blog is voor een groot deel gebaseerd op T. de Lange ‘De toegang tot de arbeidsmarkt voor asielzoekers, asielstatushouders en uitgeprocedeerden’, NJB 2016/137. Meer praktische informatie over (arbeids)participatie van vluchtelingen in Nederland is te vinden op Werkwijzer Vluchtelingen.