Verblijfblog besprak voorafgaand aan de verkiezingen van 2021 de integratie- en migratieparagrafen van de verkiezingsprogramma’s van de politieke partijen in de Tweede Kamer. Plannen worden per thema vergeleken met eerdere programma’s, waarbij wordt voortgeborduurd op het verkiezingsdossier uit 2017 waarin programma’s sinds 2006 werden vergeleken. Het achtste thema is arbeidsmigratie.
Door Nadia Ismaïli
Arbeidsmigratie is een belangrijk thema in de verkiezingsprogramma’s van 2021. De positie van arbeidsmigranten in Nederland is al jaren onderwerp van politieke debat. Zo werd al in 2011 door de parlementaire commissie Koopmans het rapport ‘Lessen uit recente arbeidsmigratie’ gepubliceerd en zijn in de afgelopen jaren al verschillende maatregelen genomen, zoals het invoeren van de Wet aanpak schijnconstructies. In 2020 is, op initiatief van het kabinet, door het ‘Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten’, onder leiding van Emile Roemer, opnieuw uitgebreid advies uitgebracht met voorstellen om de positie van arbeidsmigranten in Nederland te verbeteren. Daarnaast is door de coronacrisis de slechte situatie waarin met name laag- of ongeschoolde arbeidsmigranten verkeren onder een vergrootglas komen te liggen (zie ook Zijn Europese arbeidsmigranten voldoende beschermd in de coronacrisis?).
In juni 2020 heeft het Aanjaagteam een eerste advies uitgebracht met maatregelen om op korte termijn het risico op een coronabesmetting onder arbeidsmigranten tegen te gaan. In de zomer heeft het kabinet aangegeven deze adviezen op te volgen. Daarnaast is in oktober 2020 door het Aanjaagteam een tweede advies uitgebracht met voorstellen voor de langere termijn. Deze aanbevelingen richten zich onder andere op een betere beheersing van de uitzendsector, meer zicht op arbeidsmigratie, meer en betere huisvesting voor arbeidsmigranten en betere handhaving en toezicht. Het kabinet heeft aangegeven ook de aanbevelingen uit het tweede advies te steunen, maar dat de uitvoering daarvan vanwege de naderende verkiezingen deels zal worden doorgeschoven naar een volgend kabinet.
De bereidheid van het kabinet en de Tweede Kamer om de aanbevelingen ter harte te nemen, is duidelijk terug te zien in de verschillende verkiezingsprogramma’s van 2021, waar veel van de aanbevelingen direct terugkeren in de verschillende partijprogramma’s. Met uitzondering van 50+ en de PVV hebben alle partijen plannen voor wat betreft arbeidsmigratie. De noodzaak om, ook in de toekomst, arbeidsmigranten toe te laten, wordt in veel verkiezingsprogramma’s erkend. Wel worden verschillende voorstellen gedaan om arbeidsmigratie meer te reguleren, onder andere door vast te stellen hoeveel arbeidsmigranten er in Nederland in verschillende sectoren nodig zijn. Vrijwel alle partijen zijn het erover eens dat uitbuiting en misbruik van arbeidsmigranten moet worden tegengegaan. Verschillende voorstellen richten zich op de aanpak van de uitzendbranche, de hoogte van het salaris en op betere huisvesting. Veel van deze voorstellen zijn als zodanig ook opgenomen in het advies van het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten. Na de verkiezingen zal moeten blijken welke van deze plannen door de nieuwe regering daadwerkelijk worden uitgevoerd.
Disclaimer
In de tabel hieronder staat een overzicht van de voorstellen, daaronder een gedetailleerde bespreking van de verschillende voorstellen. Daarbij moet worden aangetekend dat in het vorige Verblijfblogonderzoek over de verkiezingen van 2006 tot en met 2017 het thema arbeidsmigratie nog niet werd meegenomen. Dit jaar hebben we alle dertien programma’s onderzocht van de partijen die op dit moment zetels hebben in de Tweede Kamer en die als zodanig beogen daarin terug te keren (50+, CDA, CU, D66, DENK, FvD, GL, PvdA, PvdD, PVV, SGP, SP, VVD). Voor wat betreft het onderwerp arbeidsmigratie is een meerjarige vergelijking dus nog niet mogelijk.
Plan | 2021 |
Toelating | |
Toelaten arbeidsmigranten noodzakelijk | CDA, CU, D66, DENK, VVD |
Voorkeur in Nederland wonende werknemers | CDA, CU, PvdA, SGP |
Richtgetal arbeidsmigratie | CDA, CU, D66, SGP, VVD |
Registratieplicht | CU |
Europese afspraken arbeidsmigratie | CU, D66, SGP |
Bilaterale afspraken lidstaten/afspraken land van herkomst | CDA, D66, GL, SGP |
Grenzen aan Europese arbeidsmigratie | CDA |
Uitbreiding visum/vergunning mogelijkheden | FvD, D66, SP |
(Uitbreiding) arbeidsmigratie/stage/studie van buiten EU | D66, GL, PvdA, VVD |
Huisvesting- en arbeidsvoorwaarden | |
Misbruik en uitbuiting tegengaan | CDA, CU, D66, DENK, GL, PvdA, PvdD, SP, VVD |
Strengere eisen/aanpakken werkgevers, bemiddelaars en uitzendbureaus | CDA, CU, D66, GL, PvdA, PvdD, SP, VVD |
Cao-loonafspraken/gelijk loon gelijk werk | CU, GL, PvdA, PvdD, SP |
Minimumloon in EU | PvdA |
Aanpak schijnconstructies | CU, GL |
Tegengaan misbruik sociale voorzieningen en toeslagen | CDA, CU, VVD, PvdA |
Europese afspraken sociale voorzieningen | CU, PvdA, VVD |
Loskoppelen werkgever van huisvesting, e.a. voorzieningen | CU, GL, D66, PvdA, PvdD, SP |
Werkgevers verantwoordelijk voor opvang en huisvesting, begeleiding | CDA, D66, VVD |
Overheid verantwoordelijk voor opvang en huisvesting, begeleiding | CU, D66, GL, SP, VVD |
Eisen aan huisvesting | CU, PvdA, PvdD, VVD |
Inburgering | |
Werkgevers (mede) verantwoordelijk taalles | CU |
Taalles verplicht | CU |
Begeleiding door gemeenten | CU |
Meer begeleiding en actief inzetten op het leren van Nederlands | DENK, VVD |
Terugkeer | |
Begeleiding re-integratie | D66 |
Terugkeer bij niet houden aan afspraken | D66 |
Europese/bilaterale afspraken lidstaten over terugkeer | CU |
Afspraken land van herkomst over terugkeer | D66 |
Toelating
Verschillende partijen, waaronder het CDA, ChristenUnie, D66, DENK en VVD maken in hun verkiezingsprogramma duidelijk dat arbeidsmigranten een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de Nederlandse economie en noodzakelijk zijn om de oplopende vergrijzing in Nederland tegen te gaan. Er is een wel een verschil in opvatting over het verder verruimen van de bestaande mogelijkheden. Het CDA wil binnen Europa het debat aangaan over de grenzen van arbeidsmigratie op grond van het vrij verkeer van werknemers, eventueel zouden ook bilaterale afspraken tussen lidstaten gemaakt moeten worden. D66, GroenLinks, VVD en de PvdA willen daarentegen legale arbeidsmigratie stimuleren, ook van buiten de EU. Bij de VVD is dit streven gericht op de komst van talenten naar Nederland, zoals wetenschappers en ondernemers. De PvdA ziet legale migratie, bijvoorbeeld in de vorm van tijdelijke werkplekken, stages en studiemogelijkheden, juist als een manier om ongereguleerde migratie vanuit Afrika te voorkomen. Ook D66 en GroenLinks willen arbeidsmigratie van buiten de EU verruimen en willen in dat kader samenwerken met landen van herkomst, bijvoorbeeld door het bieden van stage- en studievisa die aansluiten bij de behoefte van de Nederlandse arbeidsmarkt. Daarnaast wil D66 op EU-niveau afspraken maken over investeringen in onderwijs, economie, handel en mensenrechten. D66 wil ook binnen de EU pleiten voor pilots waarbij arbeidsmigranten een tijdelijk visum krijgen en wil een uitbreiding van de ‘Blauwe Kaart’ (dit is een werk- en verblijfsvergunning voor hoogopgeleide werknemers (expats) met een nationaliteit van een land buiten de EU, EER of Zwitserland) naar andere dan alleen de hoogste opleidingsniveaus. Forum voor Democratie tot slot, wil de invoering van een GreenCard-systeem naar Amerikaans model voor tijdelijke arbeidsmigranten. De GreenCard geeft in Amerika recht op permanent verblijf en is gebaseerd op een indeling van arbeidsmigranten van eerste, tweede of derde voorkeur.
Voorkeur Nederlandse of in Nederland wonende werknemers
Bij het toelaten van arbeidsmigranten bepleiten CDA, ChristenUnie, PvdA en SGP in eerste instantie goed te kijken of arbeidsplekken niet kunnen worden vervuld door in Nederland wonende werknemers. De PvdA stelt in dit kader voor dat ook moet worden gekeken naar mogelijkheden tot omscholing. De ChristenUnie wil eisen kunnen stellen aan de inspanningen die werkgevers moeten verrichten om vacatures in Nederland te vervullen door Europese afspraken te maken over een verplichte tewerkstellingsvergunning voor EU-werknemers (nu is deze alleen verplicht voor werknemers van buiten de EER en Zwitserland). Het CDA wil dat ‘fiscale prikkels die ervoor zorgen dat het aantrekkelijker is om arbeidsmigranten hierheen te halen dan Nederlandse werknemers in dienst te nemen, worden geschrapt’. Ook de PvdA heeft dit voorstel in het programma opgenomen. De SGP vindt dat bij het reguleren van arbeidsmigratie en het werven van migranten voor ‘tekortsectoren’, de overheid meer rekening moet houden met de culturele achtergrond van de nieuwkomers. Volgens de SGP heeft het ‘duidelijk de voorkeur om eerst te kijken in hoeverre Nederlanders en Nederlandstaligen in het buitenland geworven kunnen worden’.
Richtgetal voor arbeidsmigratie
Verschillende partijen zijn daarnaast voorstander van een richtgetal voor arbeidsmigratie. Het CDA noemt dat het voorstander is van concrete migratiedoelstellingen, maar wijdt verder niet uit over hoe deze bepaald moeten worden. D66 wil een commissie voor arbeidsmigratie in het leven roepen die een inschatting maakt van de behoefte aan legale migranten op de arbeidsmarkt. De SGP wil dat een systeem wordt ontwikkeld met strikte voorwaarden en quota. Er moeten volgens de SGP, idealiter in Europees verband en anders bilateraal, afspraken worden gemaakt met herkomstlanden. Deze afspraken moeten dan bestaan uit het koppelen van de toelating van arbeidsmigranten met de terugname van uitgeprocedeerde asielzoekers. D66 wil zoals gezegd tijdelijke arbeidsmigratie toestaan, maar net als de SGP wil de partij dit koppelen aan afspraken met herkomstlanden. De VVD bepleit een puntensysteem gericht op het hoge segment van de arbeidsmarkt met moeilijk vervulbare vacatures. Hierbij worden arbeidsmigranten van buiten de EU, waar structureel behoefte aan is of die een aanmerkelijke bijdrage aan de samenleving leveren, geselecteerd op basis van onder andere opleidingsniveau en werkervaring. ChristenUnie wil een richtgetal op basis van arbeidsmarktanalyses. Daarnaast wil deze partij een onafhankelijk planbureau voor migratie, dat kan adviseren over arbeidsmigratie om zo meer inzicht en grip te krijgen. Om meer zicht te krijgen willen zij ook een dwingende registratieplicht bij de gemeente voor arbeidsmigranten die hier korter dan vier maanden verblijven. In principe kunnen arbeidsmigranten zich nu al inschrijven als ingezetene (bij langer dan vier maanden) of niet-ingezetene (korter dan vier maanden), maar in de praktijk blijkt dat de handhaving hierop achterblijft. Tot slot stelt de ChristenUnie een Europees pact voor arbeidsmigratie voor, waardoor lidstaten onderling afspraken kunnen maken over arbeidsmigratie, zoals onder andere over het aantal arbeidsmigranten of de duur van de arbeidsperiode.
Huisvestings- en arbeidsvoorwaarden
Vrijwel alle partijen zijn het erover eens dat, waar het huisvesting en arbeidsvoorwaarden betreft, misbruik en uitbuiting moeten worden tegengegaan. Een eerste oplossing zien vrijwel alle partijen in het stellen van strengere eisen aan en het aanpakken van werkgevers, bemiddelaars en uitzendbureaus, zo blijkt uit de programma’s van het CDA, de ChristenUnie, D66, GroenLinks, PvdA, PvdD, SP en de VVD. De ChristenUnie en de VVD bepleiten de invoering van wettelijke vakbekwaamheidseisen voor de uitzendbranche. De ChristenUnie wil daarnaast een vergunningsplicht voor uitzendbureaus voor een beter toezicht op deze sector en stelt dat: ‘Malafide bedrijven worden gesloten en overtreders beboet’. Ook D66 wil misstanden en uitbuiting van arbeidsmigranten aanpakken: ‘Werkgevers en uitzendbureaus die zich hier schuldig aan maken, worden aangepakt door de Inspectie SZW’. Ook de PvdD wil dat de arbeidsinspectie meer gaat controleren, waarbij er prioriteit moet komen te liggen bij de slachthuizen. De PvdA vindt dat uitzendbureaus niet langer grensoverschrijdend mogen detacheren.
Daarnaast wil een groot aantal partijen uitbuiting van arbeidsmigranten tegengaan door regels op te stellen ten aanzien van het loon. Zo willen ChristenUnie, GroenLinks, PvdA, PvdD en de SP dat alle werknemers in Nederland, dus inclusief arbeidsmigranten, voor gelijke werkzaamheden hetzelfde loon en dezelfde sociale voorzieningen krijgen. Nu is het bijvoorbeeld regelmatig zo dat arbeidsmigranten worden gedetacheerd vanuit bedrijven die in het buitenland zijn gevestigd. Deze arbeidskrachten kunnen worden uitbetaald door het buitenlandse bedrijf en de sociale premies worden afgedragen in dat betreffende land waardoor zij voor Nederlandse werkgevers goedkoper zijn. De PvdA vindt daarnaast dat moet worden gestreefd naar een fatsoenlijk sociaal minimumloon in alle lidstaten van de EU. Dit sluit aan bij het plan van de Europese Commissie dat er zo snel mogelijk overal in de Europese Unie een wettelijk minimumloon komt. De Europese Commissie heeft in oktober 2020 een voorstel voor een EU-richtlijn voor toereikende minimumlonen in de EU gepresenteerd.
ChristenUnie en GroenLinks willen bovendien dat schijnconstructies worden aangepakt. De ChristenUnie benoemt in het programma een verbod op het opzetten van brievenbusfirma’s, ook ter voorkoming van misbruik van afdragen van sociale zekerheidspremies. De partij wil dat bereiken door Europese afspraken te maken over vestigingseisen voor ondernemingen. GroenLinks heeft het over schijnconstructies die uitbuiting van arbeidsmigranten faciliteren maar maakt niet duidelijk op welke constructies het zich wil richten. Het kan hierbij gaan om constructies waarbij werkgevers regels voor het minimumloon of cao-loon proberen te omzeilen door bijvoorbeeld kosten in te houden op het salaris die niet ingehouden mogen worden, zoals maaltijdkosten.
Breed gedragen is ook dat slechte huisvesting van arbeidsmigranten moet worden aangepakt, mede om ‘verkamering’ van woningen en overlast in gemeenten te voorkomen. Zowel de ChristenUnie, GroenLinks, D66, PvdA, PvdD en de SP vinden dat werkgeverschap en huisvesting en/of zorgverzekeringen losgekoppeld moeten worden, omdat dit een te grote afhankelijkheid van de werkgever tot gevolg heeft. In zulke gevallen betekent verlies van je baan, ook verlies van je bed. Vanuit de praktijk wordt daarbij wel opgemerkt dat het dan wel noodzakelijk is dat er meer huisvesting komt voor arbeidsmigranten omdat arbeidsmigranten anders zijn overgeleverd aan de omstandigheden op de huurmarkt. PvdA lost dit op met het voorstel om huurrechten voor arbeidsmigranten vast te leggen. Waar het CDA, D66 en de VVD vinden dat het nog steeds hoofdzakelijk de werkgever moet zijn die verantwoordelijk is voor de huisvesting van arbeidsmigranten, vinden D66 en VVD dat er daarbij wel een grotere rol voor de overheid moet komen. ChristenUnie, D66, GroenLinks, SP en de VVD menen dat gemeenten waar arbeidsmigranten werken, onder toezicht van provincies, de verantwoordelijkheid hebben om voor goede huisvesting te zorgen. Ook de landelijke overheid moet daar een rol bij krijgen. Zo wil de VVD dat gemeenten door het Rijk kunnen worden gestuurd op het realiseren van extra (tijdelijke) woonruimte. Daarnaast pleitten onder andere ChristenUnie, PvdA, PvdD en de VVD voor (wettelijke) kwaliteitseisen aan huisvesting. De PvdD stelt voor dat arbeidsmigranten in ieder geval recht krijgen op een slaapkamer die ze niet hoeven te delen.
Een laatste thema voor wat betreft arbeidsvoorwaarden, is het tegengaan van misbruik van sociale zekerheid, zowel door middel van nationale maatregelen als door het maken van afspraken in Europees verband. Het CDA stelt streng op te gaan treden tegen het misbruik van sociale voorzieningen en toeslagen. Hoe maken zij in het programma niet duidelijk. De PvdA wil een Europese arbeidsinspectie om de pakkans voor ontduiking van sociale wetgeving te vergroten. Ook ChristenUnie wil Europese afspraken om misbruik van afdragen van sociale zekerheidspremies tegen te gaan. De VVD wil ‘uitkeringstoerisme aanpakken’. Door de vakantieregeling aan te passen, waarbij vakantierechten worden toegekend op basis van opbouw in plaats van per kalenderjaar, wil de VVD misbruik van WW-rechten voorkomen. Daarnaast pleit de VVD voor een ‘ingroeimodel’ voor sociale zekerheid binnen de Europese Unie. Dit ingroeimodel houdt in dat iemand pas aanspraak op WW of bijstand kan maken als diegene al daadwerkelijk een bijdrage geleverd heeft aan Nederland. De VVD legt niet uit welke bijdrage dat dan kan zijn. Daarnaast wil de VVD dat arbeidsmigranten van buiten de Europese Unie voortaan een (lagere) individuele sociale verzekering krijgen en worden uitgesloten van het reguliere socialezekerheidsstelsel. Daar zou dan wel tegenover moeten staan dat zij hun individuele verzekering kunnen meenemen naar hun land van herkomst om zo ook de terugkeer te bevorderen.
Inburgering
Voor de inburgering van arbeidsmigranten is beperkt aandacht in de verkiezingsprogramma’s. Zo wil het CDA een effectievere aanpak en organisatie van de opvang en integratie van arbeidsmigranten. Hoe de integratie van arbeidsmigranten kan worden verbeterd, wordt echter niet nader geconcretiseerd. DENK en de VVD willen bevorderen dat arbeidsmigranten de Nederlandse taal leren. De VVD noemt hierbij dat het moet gaan om arbeidsmigranten die langere tijd in Nederland komen werken, maar maakt daarbij niet duidelijk wat wordt verstaan onder langere tijd en wie verantwoordelijk zou moeten zijn voor het leren van de taal. D66 wil dat werkgevers worden geholpen door de overheid bij het bieden van scholing (zoals een basiscursus Nederlands). ChristenUnie wil een wettelijke verplichting voor werkgevers om bij te dragen aan toegang tot taallessen voor arbeidsmigranten. Bij een verblijf van korter dan zes maanden zijn taallessen vrijwillig, na zes maanden verblijf zijn arbeidsmigranten verplicht deze taallessen te volgen, aldus de ChristenUnie. Daarover moeten dan wel in Europa afspraken worden gemaakt. Daarnaast vindt de ChristenUnie dat arbeidsmigranten door gemeenten moeten worden geholpen om aansluiting te vinden bij maatschappelijke voorzieningen, zoals bibliotheken, sportvoorzieningen, wijk- en dorpshuizen.
Terugkeer
Hoewel de behoefte aan arbeidsmigranten structureel is, zijn arbeidsmigranten hier in principe tijdelijk, zo is de gedachte. Enkele partijen hebben in het verkiezingsprogramma ook voorstellen opgenomen wat betreft de terugkeer van arbeidsmigranten naar het land van herkomst. Deze voorstellen blinken overigens niet uit in duidelijkheid. ChristenUnie wil in het kader van het bovengenoemde Europese migratiepact ook afspraken maken over de terugkeer van arbeidsmigranten, maar wat dan in deze afspraken moet worden geregeld, blijkt niet uit het programma. D66 wil dat de overheid werkgevers helpt bij de terugkeer van arbeidsmigranten en dat arbeidsmigranten bij terugkeer worden geholpen met re-integratie, maar hierbij geldt eveneens dat op basis van het programma niet duidelijk is waar deze hulp uit zou moeten bestaan. Tot slot wil D66 dat arbeidsmigranten die zich niet aan de afspraken houden zo snel mogelijk weer teruggaan naar het land van herkomst en niet meer in aanmerking komen voor een (tijdelijk) visum. Hierbij is niet nader gespecificeerd over de naleving van welke afspraken dit gaat. Wel duidelijk is dat D66 wil dat hier opgebouwde pensioen- en AOW-rechten na terugkeer worden uitbetaald in de vorm van een lumpsum in het land van herkomst.